De directeur van de Prof. Groenschool in Amersfoort vroeg zich in 2005 af of ESM-leerlingen (red: lees TOS) baat zouden hebben bij geluidsversterkende klassenapparatuur. Om deze vraag te beantwoorden, zijn er drie onderzoeken uitgevoerd. Het eerst onderzoek betrof de akoestiekmeting. Uit deze meting bleek dat de STI-waarden van beide groepslokalen goed waren. De klassenapparatuur bracht hierin geen verbetering. Wel resulteerde de inzet van de klassenapparatuur in een hoger geluidsniveau en een homogener geluidsveld. Het tweede onderzoek ging na of de leerlingen met de inzet van klassenapparatuur meer betrokken waren dan zonder die apparatuur. Uit dit onderzoek bleek dat de betrokkenheid van de leerlingen in beide condities meestal voldoende was. Het inzetten van apparatuur leidde voor de totale onderzoeksgroep tot een zeer kleine winst. Er was echter geen sprake van significante verschillen. Het derde onderzoek zocht naar het antwoord op de vraag of de leerlingen een significant groter percentage woorden leerden als de apparatuur aanstond. Uit dit woordenschatonderzoek bleek dat het percentage geleerde woorden altijd klein was.Van een significante winst als de klassenapparatuur werd gebruikt, was geen sprake.