PROEFSCHRIFT: Listening difficulties in children
4 juni 2019 - Leestijd 3 - 5 minutenEllen de Wit concludeert in haar proefschrift dat we van het diagnostische label "Auditieve VerwerkingsProblemen (AVP)" moeten afstappen.
In juli verscheen het ‘Dutch Position Statement Kinderen met Luisterproblemen’, bedoeld om professionals handvatten te bieden bij het identificeren, diagnosticeren en behandelen van kinderen met luisterproblemen. Auteurs Ellen de Wit, Karin Neijenhuis en Margreet Luinge hebben zich bij het schrijven van het Position Statement gebaseerd op de wetenschappelijke literatuur en bijdragen van vele professionals. Van Horen Zeggen vroeg hen naar het belang van dit Position Statement.
ML: “De aanleiding moet je zoeken in de onduidelijkheid die onder professionals leefde over de aanpak van wat toen nog algemeen AVP heette. In 2012 hebben wij een symposium georganiseerd als afsluiting van een project waarin we hebben gekeken naar de logopedische aanpak van auditieve verwerkingsproblemen. Daar ontstond het idee om gezamenlijk een Position Statement te maken voor Nederland waarin de huidige wetenschappelijke kennis en werkwijze gebundeld wordt en toegankelijk wordt gemaakt voor het werkveld. In de afgelopen jaren hebben wij verschillende bijeenkomsten gehouden waarbij gediscussieerd is over allerlei aspecten rondom ‘luisterproblemen’. We hebben focusgroepinterviews gehouden, twee systematische reviews van de literatuur uitgevoerd en een Delphi-studie ondernomen om na te gaan in hoeverre er consensus bestond onder experts.
“SAMEN MET DE PROFESSIONALS HEBBEN WE DE WETENSCHAPPELIJKE KENNIS EN KLINISCHE ERVARING RONDOM ONVERKLAARDE LUISTERPROBLEMEN GEBUNDELD.”
Al die informatie hebben we meegewogen, geanalyseerd, de resultaten daarvan weervoorgelegd in bijeenkomsten. Ook het eerste concept is weer voorgelegd, zodat we nu een uniek document hebben waar veel mensen over hebben meegedacht.”
KN: “We hebben geen volledige consensus bereikt, maar dat hoeft eigenlijk ook niet. Audiologische Centra behouden hun eigenheid wat betreft hun werkwijze van diagnostiek. Echter, dit document geeft duidelijk aan waar de argumenten te vinden zijn voor bijvoorbeeld het gebruik van vragenlijsten, auditieve testen en de volgorde van ‘brede’ ten opzichte van ‘smalle’ diagnostiek. Er is vooral consensus over het feit dat luisterproblemen overlap hebben met andere vaardigheden, zoals aandacht en taalvaardigheid. Ook is men het er duidelijk over eens dat het label AVP niet meer gebruikt zou moeten worden als diagnostisch label. Maar over welke naam er wel gegeven moet worden aan de problematiek, is totaal geen consensus bereikt. Na diverse discussies hebben wij er toch voor gekozen om ‘onverklaarde luisterproblemen’ te gebruiken.”
KN: “Beslissingen moeten niet alleen gebaseerd worden op de wetenschappelijke literatuur. De context van het AC (bijvoorbeeld de vergoedingenstructuur, de verwachtingen van de cliënt en diens omgeving) speelt ook een belangrijke rol. Uit de focusgroepinterviews bleek dat de professionals meestal vierkant staan achter de werkwijze van hun eigen AC. Soms waren er goede redenen om toch het label ‘AVP’ te gebruiken, bijvoorbeeld om een indicatie voor soloapparatuur of speciaal onderwijs te kunnen verkrijgen. Ik verwacht dat ze, door het anders te formuleren, nog steeds hetzelfde voor elkaar kunnen krijgen. Hopelijk raken ze overtuigd en vinden ze in het Position Statement de goede argumenten om dit ook te kunnen veranderen.” EdW: “Ik denk ook niet dat het hier gaat om een groep professionals die niet met hun tijd meegaan. Mijn indruk is dat de professionals in het AC goed op de hoogte zijn van recente ontwikkelingen. Zoals Karin aangeeft, gaat het niet alleen om de wetenschappelijke literatuur. Ook de ervaring van professionals, de rol van ouders en de eisen van zorgverzekeraars speelt hierbij een rol.”
ML: “Het zou goed zijn als we het Position Statement na een jaar of twee zouden evalueren. Bijvoorbeeld om te kijken of we het moeten aanvullen met nieuw wetenschappelijk bewijs, maar ook om na te gaan of het Position Statement een waardevolle bijdrage levert aan de zorg voor kinderen met luisterproblemen.”
KN: “Het zou inderdaad mooi zijn om dan eens te horen, wat men van de werkwijze van de AC’s vindt. Ook ben ik inderdaad benieuwd of de discussiepunten hetzelfde blijven. Wat ik eigenlijk ook wel een beetje hoop, is dat deze discussie ruimer wordt opgevat, aangezien het ook over multidisciplinaire diagnostiek in het algemeen gaat. Bepaalde principes, zoals starten vanuit de hulpvraag, en zo breed mogelijk kijken, gaan ook op voor kinderen met andere typen klachten.”
EdW: “Het zou inderdaad goed zijn om het Position Statement regelmatig te herzien en te evalueren met de professionals in de praktijk. Ons belangrijkste doel was om tot een uniforme werkwijze te komen in Nederland. Om dit te bereiken moet je met elkaar in discussie blijven en kritisch blijven kijken naar je eigen handelen. Discussie voeren is een eerste stap, maar ik denk dat meer onderzoek en inzicht krijgen in de problemen die ten grondslag liggen aan de klachten van kinderen met onverklaarde luisterproblemen, daarbij net zo belangrijk zijn.”