Kennisoverdracht: welke adviezen aan leerkrachten?
In de enquête werden open vragen gesteld over de handelingsgerichte adviezen die AD'ers geven aan leerkrachten om de mondelinge taalvaardigheid van leerlingen met TOS te bevorderen (vragenlijst 2). Hierop kwam een variatie van totaal 26 verschillende antwoorden. De meest genoemde adviezen zijn het Hanen Ouderprogramma als geheel of onderdelen uit dit programma, zoals Volgen, Aanpassen, Toevoegen, of Kijken, Wachten, Luisteren (10x). Ook noemden de AD'ers vaak het inzetten van lessen over luisteren, spreken en gesprekken voeren uit de schoolmethode (6x), en interactief voorlezen (6x). In de gegeven antwoorden ligt de nadruk op taalstimulerende interactietechnieken tussen volwassenen en kinderen tot en met 5 jaar [6], terwijl de meeste leerlingen in het basisonderwijs ouder zijn. De diversiteit aan mogelijke en gegeven adviezen geeft aan dat verschillende leerkrachten verschillende adviezen krijgen, afhankelijk van de AD’er die naar de school gaat.
De variatie in adviezen komt ook naar voren bij de ondersteuning op de subdomeinen van mondelinge taalvaardigheid
Het is een vraag of het mogelijk is in te zetten op breed toepasbare mondelinge taalaanpakken, zoals interactief voorlezen en het voeren van rijke gesprekken [5] met daarbij een beperkte en samenhangende set aanvullende adviezen, zodat leerlingen met TOS optimaal ondersteund kunnen worden. De variatie in adviezen komt ook naar voren bij de ondersteuning op de subdomeinen van mondelinge taalvaardigheid: voor het subdomein luisteren worden 24 verschillende adviezen gegeven, voor spreken 43 en voor gesprekken voeren 25. Voor het domein spreken wordt het Hanen Ouderprogramma (of onderdelen ervan) het vaakst genoemd (19x). Voor het domein luisteren wordt visualiseren het vaakst genoemd (26x). Bij het voeren van gesprekken worden zowel visualiseren (18x) als het geven van inzicht in de noodzakelijke elementen van een verhaal (16x) genoemd.
Focusgroepgesprek
De bevindingen uit het focusgroepgesprek over de adviezen kwamen overeen met die uit de vragenlijst. Dit is logisch, aangezien de deelnemers aan het gesprek ook de vragenlijsten hadden ingevuld. De AD'ers noemden als belangrijke adviezen het Hanen Ouderprogramma, visualisatie en doelgerichte aandacht voor mondelinge taalvaardigheid - zoals het geven van lessen in luisteren - spreken en gesprekken voeren. Ook benadrukten zij dat leerlingen met TOS behoefte hebben aan meer verwerkings- en denktijd, en oefenruimte. Andere interventies werden nauwelijks besproken. Dit kan te maken hebben met de vraagstelling: de onderzoekers vroegen bij de deelnemers specifiek naar één interventie, die zij zó belangrijk vinden dat ze er kennis over willen delen met de leerkracht. Uit het focusgroepgesprek kwam naar voren dat zij minder aandacht besteden aan geplande mondelinge taalaanpakken die leerkrachten kunnen inzetten om leerlingen met TOS gerichte oefening te bieden, zoals interactief voorlezen en het voeren van rijke gesprekken.
Hoewel deze adviezen waardevol zijn, noemden de AD'ers haast geen andere effectieve aanpakken, zoals expliciete instructie in luisterstrategieën - bijvoorbeeld het aanleren van voorspellen. Ook doelgerichte taalsteun tijdens het voeren van gesprekken blijft onderbelicht, zoals vragen als iets niet duidelijk is [5]. Daarnaast richten sommige adviezen zich niet direct op mondelinge taalvaardigheid. De nadruk op fonologisch en/of fonemisch bewustzijn is bijvoorbeeld vooral gericht op klankbewustzijn.