Diagnostiek
Wat betreft de diagnostiek dromen we over de verbetering van de signalering van meertalige kinderen met een TOS. Bijvoorbeeld in de JGZ, en op peuterspeelzalen. Er is een protocol voor signalering van TOS in de maak bij de JGZ. Medewerkers van de NSDSK zijn al betrokken bij het protocol dat voor de JGZ ontwikkeld wordt. Meertaligheid is hierbij een aandachtspunt. Rond het thema diagnostiek is verder aandacht voor de rol van de preventieve logopedist. "In plaats van de knelpunten nog maar eens breed uit te meten maakten wij actiepunten om mee aan de slag te gaan" Wat hebben zij nodig om de juiste kinderen goed te kunnen doorsturen? Tijdens de brainstorm kwam het idee naar boven om een eerste-hulp-bij-signalerenkit samen te stellen. Met de tools in de kit kan de preventieve logopedist op een gedegen manier TOS bij meertalige kinderen signaleren. Andere thema’s die aan de orde komen: scholing van de multidisciplinaire teams van de AC’s , een protocol ontwikkelen voor de AC’s, en natuurlijk… meer normeringsgegevens. Mogelijk kan een volgsysteem er ook aan bijdragen dat we inzicht krijgen in het ontwikkelingsverloop van meertalige kinderen?
Volgsysteem
Wat betreft zo’n volgsysteem: de deelnemers zijn nieuwsgierig naar de uitstroomgegevens en doorstroom naar vervolgonderwijs van meertalige kinderen in onze sector. Dit zouden we willen vergelijken met ééntalige, Nederlandstalige kinderen. Voor de jongste kinderen die vroegbehandeling ontvangen is de wens een goed volgsysteem op te stellen, waarbij wordt nagegaan welke testen passend zijn om de meertalige ontwikkeling goed te kunnen volgen. Op dit thema gaat een subgroep van medewerkers van verschillende organisatie verder na de brainstorm. Zij willen een project starten om handen en voeten te geven aan het ontwikkelen van een adequaat volgsysteem.
Behandeling
Bij het thema behandeling is dringend behoefte aan een gedeelde visie op het behandelen van meertalige kinderen. Het ontbreken van financiering voor het gebruik van tolken bij anderstalige ouders is een groot knelpunt. Hoe gaan we daar mee om? We gaan er vanuit dat ouders een belangrijke rol spelen in de (taal)ontwikkeling van hun kind. Maar hoe kunnen we hen er bij betrekken als een gedeelde taal ontbreekt? Hoe overtuigen we ouders dat zij hun kind kunnen helpen door veel en gevarieerd taalaanbod in de eigen taal? Mogen kinderen op school hun eigen taal spreken? In welke situatie wel/niet? Wel op het schoolplein, in de pauze, niet tijdens de les? Of toch ook wel tijdens de les, als het ene kind dat Farsi spreekt even iets (over de les) uitlegt aan een ander kind dat die taal spreekt? Welke ruimte krijgen andere talen dan Nederlands, doen we aan ‘translanguaging’? De noodzaak om op dit thema stappen te zetten wordt gevoeld, maar tot concrete plannen leidt het (nog) niet.
Kennis delen
Ten slotte kennis delen. Gepleit wordt voor een goede vindbaarheid van de kennis op dit gebied, en ook voor ‘gratis kennis’. Wat betreft de inhoud: niet alleen kennis in smalle zin, maar ook attitude, meer specifiek een meertalige ‘mindset’, is van het grootste belang. Om die mindset te bevorderen zijn niet alleen kennis van meertalige taalontwikkeling en bijvoorbeeld kenmerken van de taal van meertalige kinderen met een TOS nodig. We hebben behoefte aan succesverhalen."We hebben behoefte aan succesverhalen" Op welke manier lukt het goed om kinderen met een auditieve /communicatieve beperking meertalig op te voeden, te behandelen en te onderwijzen? Wat vinden ouders ervan? Hebben we meertalige medewerkers die vanuit hun eigen ervaring meerwaarde hebben? Het zoeken naar ervaringsdeskundige ouders en medewerkers pakken we als laatste actiepunt op. Wordt vervolgd!