Een relatie tussen de uitingen van ouders en Theory of Mind bij kinderen (met CI en horend)
In dit onderzoek is de relatie tussen Theory of Mind (ToM) en Mental State Talk (MST) onderzocht bij 39 kinderen tussen de 3 en 8 jaar met een of twee CI’s en 52 horende kinderen tussen de 3 en 6 jaar. MST verwijst naar de verwijzingen naar mentale toestanden die ouders maken in hun taaluitingen naar hun kind. ToM werd in dit onderzoek gemeten met een oudervragenlijst, de Theory of Mind Inventory. MST werd gescoord tijdens het voorlezen van een voor het onderzoek geselecteerd boek.
De ouders van de kinderen met CI rapporteerden lagere ToM vaardigheden bij hun kinderen dan de ouders van de horende kinderen. In tegenstelling tot andere onderzoeken werd er geen verschil gevonden tussen de beide groepen ouders in het aantal emotionele en cognitieve uitingen (MST: uitingen over de emoties, gedachten of meningen van de personages). Wel werd een verschil gevonden in letterlijke uitingen (beschrijvingen van personages, voorwerpen of gebeurtenissen in het verhaal): ouders van de kinderen met CI deden meer letterlijke uitingen dan ouders van de horende kinderen.
Daarnaast werd voor de kinderen met CI een positieve relatie gevonden tussen MST door de ouders en de ToM vaardigheden van de kinderen. Ook werd er een negatieve relatie gevonden tussen het aantal letterlijke uitingen door de ouders en de ToM vaardigheden van de kinderen: hoe meer letterlijke uitingen door de ouder, hoe zwakker de ToM vaardigheden van het kind. Samen met taalvaardigheid en leeftijd van het kind, waren de emotionele uitingen van de ouders voorspellend voor de ToM vaardigheden van kinderen met CI.
Deze resultaten onderschrijven het belang van mental state talk door ouders en van interventies om ouders te leren hoe ze dit in de interactie met hun kind kunnen inzetten. Een voorbeeld van zo’n interventie is de cursus Taal voor ToM die momenteel binnen Deelkracht onderzocht wordt (www.deelkracht.nl).
Journal of Deaf Studies and Deaf Education (maart 2023)