In de hoorrevalidatie staat bimodaal horen voor het dragen van een CI in het ene en een conventioneel hoortoestel in het andere oor. Eerder onderzoek toonde reeds aan dat deze combinatie een verbetering oplevert ten opzichte van het horen via alleen CI of hoortoestel. Maar veel is ook nog niet onderzocht, zoals de relatie tussen testresultaten in het lab en de ervaringen die de bimodale luisteraars hebben in de dagelijkse praktijk. Ook is niet duidelijk welke unilaterale CI-gebruikers baat zouden hebben bij een bimodale stimulatie van het gehoor, terwijl dat in de klinische setting heel relevant is om CI-gebruikers goed te kunnen adviseren. En een grote uitdaging is nog steeds om het spraakverstaan in rumoer te verbeteren, waarbij naast het verstaan op zich ook de benodigde luisterinspanning en de ervaren geluidskwaliteit meespeelt. Dit soort vragen heeft Devocht aangepakt in haar PhD-traject.
Devocht vond dat de meerderheid van de unilaterale CI-gebruikers na implantatie een conventioneel hoortoestel blijft gebruiken en daar ook baat bij heeft voor het verstaan van spraak, de daarmee gemoeide luisterinspanning en de geluidskwaliteit. De toepassing van directionele microfoonsystemen helpt daarbij, zeker als die symmetrisch geactiveerd worden in zowel CI als hoortoestel. De prestatieverschillen met normaal horende luisteraars zijn echter nog groot en daarom concludeert Devocht ook dat er nog flink wat inspanning geleverd moet worden om de best mogelijke winst te kunnen behalen uit de combinatie van akoestisch en elektrisch horen.