Ga naar hoofdcontent Ga naar de hoofdnavigatie
Position Statement 'Luisterproblemen' wijst de weg naar een uniforme werkwijze
Deel dit artikel

Position Statement 'Luisterproblemen' wijst de weg naar een uniforme werkwijze

12 augustus 2017 - Leestijd 7 - 15 minuten

In juli verscheen het ‘Dutch Position Statement Kinderen met Luisterproblemen’, bedoeld om professionals handvatten te bieden bij het identificeren, diagnosticeren en behandelen van kinderen met luisterproblemen. Auteurs Ellen de Wit, Karin Neijenhuis en Margreet Luinge hebben zich bij het schrijven van het Position Statement gebaseerd op de wetenschappelijke literatuur en bijdragen van vele professionals. Van Horen Zeggen vroeg hen naar het belang van dit Position Statement.

page.header_image.alt

Kunnen jullie in een paar zinnen uitleggen wat er in het Position Statement staat?

Ellen de Wit (EdW): “In feite gaat het om 9 ‘statements’ waarover onder de professionals van de Audiologische Centra in zeker mate consensus bestaat. Die statements gaan over de definitie van kinderen met onverklaarde luisterproblemen, over de signalering en verwijzing, het diagnostisch traject en de behandeling. Wij spreken bewust over ‘Kinderen met Luisterproblemen’; tot nu toe stond deze groep bekend als kinderen met Auditieve Verwerkingsproblemen (AVP). Over die groep, en hoe daarmee om te gaan, hebben professionals verschillende inzichten, ook internationaal. Wij hebben geprobeerd zoveel mogelijk de dingen te benoemen waar we het in Nederland wel over eens zijn”.

Hoe definiëren jullie ‘consensus’ precies?

Margreet Luinge (ML): “Minimaal 70% van de professionals moet het expliciet eens zijn met een stelling, dan is er sprake van consensus. Het is wel belangrijk om te melden dat consensus de opinie is van experts en dat het niet per se het juiste antwoord op een vraag is.”

Wat is het belang van dit Position Statement? En hoe zal dit zijn weg naar de AC’s vinden?

EdW: “Vanuit de diverse werkvelden (logopedie en audiologische centra) die te maken hebben met kinderen met onverklaarde luisterklachten kwam de wens om in Nederland tot een eenduidige werkwijze en benadering voor deze doelgroep te komen. In samenwerking met allerlei professionals zijn de kennis en ervaring op het gebied van signalering, diagnostiek en behandeling bij kinderen met onverklaarde luisterproblemen nu gebundeld. Het belang van dit document is dat de verschillende disciplines in Nederland een uniforme werkwijze kunnen hanteren rondom kinderen met luisterproblemen.”

Karin Neijenhuis (KN): “Met name de AC’s die actief hebben meegewerkt aan de totstandkoming van dit document hebben mogelijk hun werkwijzen al aangepast. Ik hoop in ieder geval dat het actief gebruikt zal worden om de eigen werkwijze van de AC’s tegen het licht te houden en up-to-date te brengen. Er zijn nu voldoende argumenten verzameld om de eigen procedures te kunnen onderbouwen, wat ervoor zou moeten zorgen dat men minder onzeker is in het nemen van besluiten.”

Van links naar rechts: Margreet Luinge, Ellen de Wit en Karin Neijenhuis
Foto: The British Society of Audiology

Vlnr Margreet Luinge, Ellen de Wit en Karin Neijenhuis

Wat was eigenlijk de aanleiding om dit Position Statement te gaan ontwikkelen? En hoe hebben jullie daar uitvoering aan gegeven?

ML: “De aanleiding moet je zoeken in de onduidelijkheid die onder professionals leefde over de aanpak van wat toen nog algemeen AVP heette. In 2012 hebben wij een symposium georganiseerd als afsluiting van een project waarin we hebben gekeken naar de logopedische aanpak van auditieve verwerkingsproblemen. Daar ontstond het idee om gezamenlijk een Position Statement te maken voor Nederland waarin de huidige wetenschappelijke kennis en werkwijze gebundeld wordt en toegankelijk wordt gemaakt voor het werkveld. In de afgelopen jaren hebben wij verschillende bijeenkomsten gehouden waarbij gediscussieerd is over allerlei aspecten rondom ‘luisterproblemen’. We hebben focusgroepinterviews gehouden, twee systematische reviews van de literatuur uitgevoerd en een Delphi-studie ondernomen om na te gaan in hoeverre er consensus bestond onder experts.

 “SAMEN MET DE PROFESSIONALS HEBBEN WE DE WETENSCHAPPELIJKE KENNIS EN KLINISCHE ERVARING RONDOM ONVERKLAARDE LUISTERPROBLEMEN GEBUNDELD.”

Al die informatie hebben we meegewogen, geanalyseerd, de resultaten daarvan weervoorgelegd in bijeenkomsten. Ook het eerste concept is weer voorgelegd, zodat we nu een uniek document hebben waar veel mensen over hebben meegedacht.”

Is over alle belangrijke aspecten rondom ‘luisterproblemen’ consensus bereikt, of blijft de controverse deels nog bestaan?

KN: “We hebben geen volledige consensus bereikt, maar dat hoeft eigenlijk ook niet. Audiologische Centra behouden hun eigenheid wat betreft hun werkwijze van diagnostiek. Echter, dit document geeft duidelijk aan waar de argumenten te vinden zijn voor bijvoorbeeld het gebruik van vragenlijsten, auditieve testen en de volgorde van ‘brede’ ten opzichte van ‘smalle’ diagnostiek. Er is vooral consensus over het feit dat luisterproblemen overlap hebben met andere vaardigheden, zoals aandacht en taalvaardigheid. Ook is men het er duidelijk over eens dat het label AVP niet meer gebruikt zou moeten worden als diagnostisch label. Maar over welke naam er wel gegeven moet worden aan de problematiek, is totaal geen consensus bereikt. Na diverse discussies hebben wij er toch voor gekozen om ‘onverklaarde luisterproblemen’ te gebruiken.”

Jullie hebben de wetenschappelijke literatuur flink doorgespit als onderbouwing voor jullie statements. Toch kunnen lang niet alle statements rekenen op een unanieme kijk. Houden de professionals die een andere mening hebben, teveel vast aan oude zienswijzen?

KN: “Beslissingen moeten niet alleen gebaseerd worden op de wetenschappelijke literatuur. De context van het AC (bijvoorbeeld de vergoedingenstructuur, de verwachtingen van de cliënt en diens omgeving) speelt ook een belangrijke rol. Uit de focusgroepinterviews bleek dat de professionals meestal vierkant staan achter de werkwijze van hun eigen AC. Soms waren er goede redenen om toch het label ‘AVP’ te gebruiken, bijvoorbeeld om een indicatie voor soloapparatuur of speciaal onderwijs te kunnen verkrijgen. Ik verwacht dat ze, door het anders te formuleren, nog steeds hetzelfde voor elkaar kunnen krijgen. Hopelijk raken ze overtuigd en vinden ze in het Position Statement de goede argumenten om dit ook te kunnen veranderen.” EdW: “Ik denk ook niet dat het hier gaat om een groep professionals die niet met hun tijd meegaan. Mijn indruk is dat de professionals in het AC goed op de hoogte zijn van recente ontwikkelingen. Zoals Karin aangeeft, gaat het niet alleen om de wetenschappelijke literatuur. Ook de ervaring van professionals, de rol van ouders en de eisen van zorgverzekeraars speelt hierbij een rol.”

Verwachten jullie dat dit Position Statement een startpunt kan zijn een verdere discussie tussen de professionals om te proberen het over meer aspecten met elkaar eens te worden? En is discussie voeren genoeg, of moet er meer gebeuren?

ML: “Het zou goed zijn als we het Position Statement na een jaar of twee zouden evalueren. Bijvoorbeeld om te kijken of we het moeten aanvullen met nieuw wetenschappelijk bewijs, maar ook om na te gaan of het Position Statement een waardevolle bijdrage levert aan de zorg voor kinderen met luisterproblemen.”

KN: “Het zou inderdaad mooi zijn om dan eens te horen, wat men van de werkwijze van de AC’s vindt. Ook ben ik inderdaad benieuwd of de discussiepunten hetzelfde blijven. Wat ik eigenlijk ook wel een beetje hoop, is dat deze discussie ruimer wordt opgevat, aangezien het ook over multidisciplinaire diagnostiek in het algemeen gaat. Bepaalde principes, zoals starten vanuit de hulpvraag, en zo breed mogelijk kijken, gaan ook op voor kinderen met andere typen klachten.”

EdW: “Het zou inderdaad goed zijn om het Position Statement regelmatig te herzien en te evalueren met de professionals in de praktijk. Ons belangrijkste doel was om tot een uniforme werkwijze te komen in Nederland. Om dit te bereiken moet je met elkaar in discussie blijven en kritisch blijven kijken naar je eigen handelen. Discussie voeren is een eerste stap, maar ik denk dat meer onderzoek en inzicht krijgen in de problemen die ten grondslag liggen aan de klachten van kinderen met onverklaarde luisterproblemen, daarbij net zo belangrijk zijn.”

Download hier het Dutch Position Statement Kinderen met Luisterproblemen (Utrecht, 2017).